Logo

Studiegids FHTL

19HBVSD2 Stage 2 Docent religie levensbeschouwing

6 ec

voltijd: 20 cu (10 bijeenkomsten)
deeltijd: 14 cu (7 bijeenkomsten)

Ba DRL jaar 2

Beroepsvoorbereiding

De stage-opzet staat beschreven in de stagehandleiding.
De verschillende onderdelen van de stage kennen hun eigen accenten: observeren, oriënteren, lesopzet maken, les voorbereiden, les geven, resultaat bespreken en reflectie.

De student loopt stage op een school voor middelbaar onderwijs en geeft lessen aan klassen binnen het tweedegraads gebied (VMBO, onderbouw Havo/Vwo). De student houdt een logboek bij, maakt een planning, lesobservaties, lesopzetten en lesverslagen. De student legt e.e.a. vast in een stageverslag. Een gedetailleerde beschrijving van wat de student moet doen, is terug te vinden in de stagehandleiding.
Naast begeleiding van bovenstaande brengt de student tijdens de colleges problemen in aan de hand waarvan deze besproken en behandeld zullen worden. Te denken valt aan klassenmanagement, lesvoorbereiding, lesopzet en toetsing.
De student maakt een video-opname van een gegeven les en legt enkele fragmenten voor tijdens de stagecolleges.

Stage inclusief werkbegeleiding

  • De student evalueert de eigen ervaringen en reflecteert op de eigen stage aan de hand van vooraf (en indien gewenst tijdens de stage) geformuleerde leerdoelen.
  • De student schrijft een stageverslag op basis van de eisen zoals vermeld in de stagehandleiding.
  • De student werkt samen binnen het team van de school en de sectie van de vakdocenten.
  • De student plant zijn eigen stagewerkzaamheden en pleegt waar nodig en wenselijk overleg met stagebegeleider op de stageschool en stagecoördinator van de opleiding.

Klik hier voor de toetsmatrijs.

Ba DRL

  • 8.2 Kennis van, inzicht in, en toepassing van verschillende (vak-) didactische concepten en methodes voor het vak.
    Opnemen toetsing en beoordeling.
  • 8.3 Kennis van, inzicht in en toepassen van o.a. multimediale werkvormen (ICT, social media); activerende groepswerkvormen; beelddidactische werkvormen; levensbeschouwelijke gespreksvormen.
 

Ba DRL

  • 3.1 Een bekwame leraar is een leraar die heeft aangetoond dat hij met zijn vakinhoudelijke, vakdidactische en
    pedagogische kennis en kunde zijn werk als leraar en als deelnemer aan de professionele onderwijsgemeenschap die hij samen met zijn collega’s vormt, kan verrichten op een professioneel doelmatige en verantwoorde wijze.j
  • 3.1.1 Zijn eigen onderwijs vormgeven, afstemmen op het niveau en de kenmerken van zijn leerlingen, uitvoeren,
    evalueren en bijstellen
  • 3.1.2 Samenwerken met collega’s in - en waar relevant ook buiten - de eigen instelling en zijn professionele
    handelen waar nodig afstemmen met hen.
  • 3.1.3 Bijdragen leveren aan onderwijskundige ontwikkelingen door het raadplegen van bronnen, het inbrengen
    van informatie en kritische bijdragen aan oordeelsvorming en het oplossen van praktijkproblemen.
  • 3.1.5 Zijn professionele handelen uitleggen en verantwoorden.
  • 3.1.6 Zelfstandig vormgeven aan zijn professionele ontwikkeling.
  • 3.2 Vakinhoudelijk bekwaam wil zeggen dat de leraar de inhoud van zijn onderwijs beheerst. Hij ’staat boven’ de
    leerstof en kan die zo samenstellen, kiezen en/of bewerken dat zijn leerlingen die kunnen leren. De leraar kan
    vanuit zijn vakinhoudelijke expertise verbanden leggen met het dagelijks leven, met werk en met wetenschap
    en bijdragen aan de algemene vorming van zijn leerlingen. Hij houdt zijn vakkennis en -kunde actueel. Om
    vakinhoudelijk bekwaam te zijn moet de leraar ten minste het volgende in algemene termen weten en kunnen.
  • 3.3 Vakdidactisch bekwaam wil zeggen dat de leraar de vakinhoud leerbaar maakt voor zijn leerlingen, in afstemming
    met zijn collega’s en passend bij het onderwijskundige beleid van zijn school. Hij weet die vakinhoud te vertalen
    in leerplannen of leertrajecten. Hij doet dit op een professionele, ontwikkelingsgerichte werkwijze, waarin de
    volgende handelingselementen herkenbaar zijn.
  • 3.3.A Vakdidactisch bekwaam, kennis
  • 3.4 Pedagogische bekwaamheid wil zeggen dat de leraar op een professionele, ontwikkelingsgerichte werkwijze en
    in samenwerking met zijn collega´s een veilig, ondersteunend en stimulerend leerklimaat voor zijn leerlingen
    kan realiseren. Hij volgt de ontwikkeling van zijn leerlingen in hun leren en gedrag en stemt daarop zijn
    handelen af. Hij draagt bij aan de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van zijn leerlingen. Hij kan zijn
    pedagogisch handelen afstemmen met zijn collega´s en met anderen die voor de ontwikkeling van de leerling
    verantwoordelijk zijn. Deze uitspraak heeft een brede betekenis en impliceert ook de bijdrage van de leraar aan
    burgerschapsvorming en de ontwikkeling van de leerling tot een zelfstandige en verantwoordelijke volwassene.
    In de context van het beroepsgerichte onderwijs gaat het hier ook om de begeleiding van de leerling bij zijn
    oriëntatie op beroepen en het ontwikkelen van beroepsidentiteit. Ook in pedagogische zin blijft zijn onderwijs
    van deze tijd.

De onderdelen uit de propedeuse van de discipline Beroepsvoorbereiding dienen behaald te zijn

Opdrachten

Intervisie: bespreken van casussen en video-opnames.

Tijdens de colleges

Bij onvoldoende inbreng geen deelname aan eindverslag

  • Stageverslag
  • Evalueren
  • Toepassen

cijfer 1-10

10 werkdagen

Verplichte literatuur

Aanbevolen literatuur

 

 

Toetsmatrijs 2019 - 2020

beoord. niveauleerdoeltoetsitemweging
De student evalueert de eigen ervaringen en reflecteert op de eigen stage aan de hand van vooraf (en indien gewenst tijdens de stage) geformuleerde leerdoelen. () (0%)
De student schrijft een stageverslag op basis van de eisen zoals vermeld in de stagehandleiding. () (0%)
De student werkt samen binnen het team van de school en de sectie van de vakdocenten. () (0%)
De student plant zijn eigen stagewerkzaamheden en pleegt waar nodig en wenselijk overleg met stagebegeleider op de stageschool en stagecoördinator van de opleiding. () (0%)